Tuin
De Romeinse redenaar Cicero zegt: Als je naast een bibliotheek een tuin hebt, ontbreekt het je aan niets. Welnu, we hebben veel boeken en een joekel van een tuin. Veel te groot, zegt iedereen. Klopt. Maar het is er heerlijk toeven. Krant erbij, e-reader, radio aan. En een Zonnig blond vanLindeboom. Niks aan je hoofd. Agnes is bij ons de tuinman, gevolgd door Jac. Dan komt heel lang niks en dan kom ik. Bomen, bloemen, heesters, planten. We genieten er volop van. Verscholen hoekjes en terrasjes. Onder de overkapping zit je uit regen en wind toch lekker buiten. Niks aan je hoofd, wegdromen, genieten. Vogelhuisjes, een insectenhotel. Onlangs kregen we een geweldig mooi voederhuis, zeg maar gerust voedervilla. Architect en uitvoerder is de man met de gouden handjes, in dit geval de cortenstalen handjes. Je kunt het zo gek niet bedenken of hij fikst het. Het vergroot alweer ons tuingenot. Groen maakt gelukkig. Kijken, klussen, da’s heerlijk in een grote tuin. Mijmeren over wat er rondom ons heen gebeurt: Nooit eerder was ik ouder dan de paus. Melle heeft een zusje, Soof. Een rijkeluiswens. Onze pastoor, Patrick Lipsch, gaat ons verlaten. Hij maakt promotie. Een vriendelijke man die op voortreffelijke wijze zijn managerstaken combineert met de herderlijke. Dat is opgevallen. Ik gun hem deze stap, maar voor de parochiegemeenschap is het andermaal inleveren. Ook postbode Sofie is verhuisd. Zij woont nu in Denemarken. Sofie was een betrouwbare postbesteller. Vergat ze een poststuk te bezorgen, dan fietste ze terug. Misschien stuurt ze me wel een kaartje uit het land van de Kleine zeemeermin. Ik was bij een informatieavond over de toekomst van St.-Ursula. Mijn tip: kijk minder naar de stenen en meer naar de leerlingen. Gun hen goede docenten en de charme van een oud gebouw. Vóóruit, naar vroeger. Vreemd dat bewonersavonden in de kantine van onze voetbalclub gehouden worden. Net nu de Postkoets weer open is en iedereen de nieuw gestarte ondernemers het beste gunt. Wie het snapt, mag het zeggen. De voetballers snappen het, zij vierden hun kampioensfeest bij Ruud en Carolien. Op de bus van een plaatselijke hovenier staat te lezen: De natuur kent het grote geheim en glimlacht. Datzelfde gevoel heb ik in onze tuin. Overigens niet alleen daar, ook tijdens mijn ommetjes door en rondom het dorp. Leudal neemt groene gemeente wel heel letterlijk. Onkruid groeit weelderig op trottoirs en in bermen. Och, een kniesoor die erop let. Men wil 1000 bomen planten. Ze zijn goed op weg. Mensen mogen locaties aanwijzen. Een goed initiatief. Ik herinner me dat een politieke partij vóór de verkiezingen beloofde voor iedere gewonnen zetel een boom te zullen planten. Waar die zeven bomen staan, weet ik niet. Na de uitslag is de werkelijkheid vaak anders en wordt de kiezer om de tuin geleid. Vergeten kan altijd, zolang de mensen maar niet vergeten worden. Een boom opzetten kunnen politici als de beste. Zou je zeggen. Nu nog doen, want belofte maakt schuld.
Arno Walraven, 13 juli 2025